Algemenemarkt.nl

De ontwikkeling van de USB kabel

Voordat USB bestond, had je heel veel verschillende connectoren en protocollen om randapparaten aan te sluiten op een computer. Je had parallel en serieel, en elk van die twee had tal van sub-standaarden en verschillende connectoren zoals RS232 (9 pins of 15 pins of 25 pins), centronics, welke dan ook nog weer een mini-centronics variant had, enzovoort enzovoort.

Om die wirwar van kabels wat simpeler te maken, werd er een universele connector bedacht. De Universal Serial Bus, oftewel USB. Daarmee moest zowel data als voeding (stroom) voorzien worden op aangesloten apparaten.

In de eerste versie was het allemaal simpel geregeld. Er waren 2 connectoren voor data en 2 connectoren voor voeding/aarde. Een kabel had altijd twee verschillende connectoren, A en B. De A connector werd aangesloten op de computer. Dit is de bekende rechthoekige aansluiting, zoals hij tegenwoordig nog steeds veel gebruikt wordt bij computers en USB laders. De B aansluiting ging in het apparaat, vroeger waren dat vooral printers en scanners, maar ook bijvoorbeeld toetsenborden en meetapparatuur. De B aansluiting is de vierkante aansluiting met twee afgeronde hoeken.

Al snel kwam er vraag naar kleinere connectoren. Daarvoor werden de USB mini en USB micro connector ontwikkeld. Helaas was alles bij de USB mini niet zo universeel geregeld. Veel fabrikanten van met name camera’s en PDA’s (wie kent ze nog?) bedachten hun eigen variant aansluiting. De fabrikanten meenden dat ze dat deden om hoge kwaliteit te waarborgen, critici menen dat ze dat gedaan hebben zodat alleen hun eigen, dure, USB kabels op hun apparaten pasten.

Met USB micro werd dit allemaal beter geregeld. USB micro is er maar in 1 variant. Er werd afgesproken dat USB micro de standaard zou worden voor (het opladen van) draagbare apparatuur. Zo’n beetje alle fabrikanten behalve Apple, hielden zich aan deze afspraak.

USB micro heeft echter maar 5 connectoren. Dat zijn er te weinig voor bijvoorbeeld het streamen van video of andere toepassingen waarbij hoge snelheid en bandbreedte beschikbaar moet zijn. Daarom is er de type-C connector ontwikkeld. Deze connector kan beeldsignaal en andere hoge bandbreedte toepassingen aan.

USB kabel snelheden

De overdrachtssnelheid van de eerste officiële USB versie, 1.0, was 12 Mbit/s. Deze USB versie werd  in januari 1996 gepubliceerd. Al snel bleek deze snelheid te weinig. In april 2000 kwam USB 2.0 uit. Deze ondersteunde High Speed snelheid, 480 Mbit/s. Tegenwoordig is USB 2.0 de standaard. Als een USB versie niet gespecifieerd wordt bij een aansluiting, apparaat of USB kabel, dan mag je er van uit gaan dat het USB 2.0 is.

In november 2008 kwam SuperSpeed uit onder de versie USB 3.0. Deze ondersteunt 5 Gbit per seconde. Vanaf toen werd het echter verwarrender.

Kort daarna kwam SuperSpeed+ uit. Daarmee kan 10 Gbit/s of 20 Gbit/s aan data verstuurd worden. Om het gemakkelijk te maken kregen die respectievelijk USB 3.1 en USB 3.2 als versienummer mee. Echter zijn er van USB 3.1 ook twee varianten. USB 3.1 Gen 1 kan 5 Gbit/s versturen, USB 3.1 Gen 2 kan het dubbele, 10 Gbit/s, aan. Hetzelfde is er aan de hand met USB 3.2, maar daar zijn er maar liefst vier generaties. Citaat van wikipedia:
USB 3.2 Gen 1×1 – SuperSpeed, 5 Gbit/s (625 MB/s) data signaling rate over 1 lane using 8b/10b encoding, the same as USB 3.1 Gen 1 and USB 3.0.
USB 3.2 Gen 1×2 – SuperSpeed, new 10 Gbit/s (1250 MB/s) data rate over 2 lanes using 8b/10b encoding.
USB 3.2 Gen 2×1 – SuperSpeed+, 10 Gbit/s (1250 MB/s) data rate over 1 lane using 128b/132b encoding, the same as USB 3.1 Gen 2.
USB 3.2 Gen 2×2 – SuperSpeed+, new 20 Gbit/s (2500 MB/s) data rate over 2 lanes using 128b/132b encoding.

Je ziet dat het er niet heel veel duidelijker op wordt, helaas.

Verder Bericht

Vorige Bericht

© 2024 Algemenemarkt.nl

Thema door Anders Norén